Begraafplaats Usselo

4. Graven en termijnen

Artikel 12 - Soorten graven en termijnen

  1. Op de begraafplaats worden onderscheiden:
    1. een graf met een afmeting van 1,00 bij 2,20 m. De graven zijn gescheiden door een wal van minimaal 0,30 m;
    2. een kindergraf met een afmeting van 0,80 bij 1,20 m;
    3. een urnengraf met een afmeting van 0,75 bij 1,00 m.
  2. In een graf mogen, indien er van "diepzetten" sprake is, twee lijken worden begraven. In andere gevallen slechts een. Dezelfde regels gelden voor een urnengraf. In 2009 worden de graven uitgegeven voor een periode van 21 jaar; vanaf 1 januari 2010 worden de graven uitgegeven voor een periode van ten hoogste 20 jaar.

Artikel 13 - Grafrecht

  1. Het uitsluitend recht op een graf kan alleen schriftelijk worden gevestigd. Na of bij betaling van de koopsom en de bijkomende kosten wordt de akte van grafuitgifte opgemaakt
  2. In de akte van grafuitgifte wordt vermeld welk graf is uitgegeven voor welke termijn.
  3. De rechthebbende op het grafrecht ontvangt een exemplaar van de akte van grafuitgifte en een exemplaar van dit reglement.

Artikel 14 - Verlenging termijn

  1. De rechthebbende op een graf kan verzoeken de uitgiftetermijn te verlengen. Het verzoek daartoe moet worden gedaan binnen twee jaar voor het verstrijken van de uitgiftetermijn. De verlenging geschiedt telkens voor niet langer dan tien jaar.
  2. De Stichting doet binnen een jaar na de aanvang van de termijn waarin de verlenging van het recht kan worden verzocht, aan de rechthebbende wiens adres hem bekend is of redelijkerwijs bekend kan zijn, schriftelijk mededeling van het verstrijken van de termijnen van het bepaalde in lid 1.
  3. Blijkt het adres onbekend, dan geschiedt de mededeling door aanplakking daarvan op het graf en de ingang van de begraafplaats. De mededeling blijft tenminste 1 jaar aangeplakt.

Artikel 15 - Overschrijving van verleende rechten

  1. Het recht op een graf kan op schriftelijk verzoek van de rechthebbende worden overgeschreven ten name van de echtgenoot of levenspartner dan wel een bloedverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op verzoek van rechthebbende ten name van een ander is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
  2. Na het overlijden van rechthebbende kan het recht worden overgeschreven op naam van de echtgenoot/echtgenote of levenspartner dan wel bloed- of aanverwant tot en met de derde graad, mits het verzoek daartoe wordt gedaan binnen een jaar na het overlijden van rechthebbende. Overschrijving ten name van een ander is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
  3. Indien binnen de in lid 2 gestelde termijn geen verzoek tot overschrijving is gedaan, vervalt het recht aan de Stichting.

Artikel 16 - Overboeking rechten

  1. Van iedere overboeking van het recht op een graf wordt aantekening gehouden in het in artikel 4 genoemde register.
  2. De rechthebbende krijgt als bewijs van de overboeking daarvan een aantekening op zijn akte van uitgifte, dan wel een schriftelijke bevestiging van de Stichting.

Artikel 17 - Grafkelder

De Stichting kan aan een rechthebbende, indien daartoe de mogelijkheden aanwezig zijn, vergunning verlenen tot het voor eigen rekening aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door de Stichting te stellen voorwaarden.

Artikel 18 - Afstand doen van graven

Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de Stichting van het recht op een graf. Van de ontvangst van een zodanige verklaring doet de Stichting schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.